HANNAH'S HOMEPAGE

column Hannah Bosma, Folia augustus 2000

wat nog had kunnen worden

"Geachte bewoner, i.v.m. brand hebben wij uw deur met gepast geweld geopend. De sleutel van het hangslot kunt u bij het politiebureau ophalen. Met vriendelijke groet, De Brandweer."

als maar niet...

Wat zou ik het ergst vinden om bij een brand te verliezen? Oog in oog met zoiets ontwrichtends verliezen veel van mijn spullen gelukkig hun waarde had ik al eerder bij een inbraak gemerkt. Veel kan makkelijk vervangen worden, zeker als de verzekering het vergoedt: videorecorder, cd-speler, ikea-bank, cd's, boeken – het meeste is zo weer in de winkel te koop; leve de massaproductie! Boeken en cd's kunnen uitverkocht of verramsjt zijn; maar, als ik dat echt heel graag zou willen, moet het met een paar e-mailtjes toch meestal wel lukken om een exemplaar of desnoods een kopie te bemachtigen van zo'n "zeldzaam" boek of cd. Ook is veel te vervangen door iets anders, beters, nieuwers. En ach, het is verrassend hoe goed verder te leven valt zonder veel van de spulletjes die zo dierbaar leken.

Maar is dan alles vervangbaar of van weinig belang? Wat zou ik nou het ergst vinden om bij een brand te verliezen? Dat wat uniek en belangrijk is voor mij. Zoals mijn werk, teksten, muziek. Maar ook daarvan is gelukkig al een deel opgenomen in de wereld van de massa(re)productie: in druk, op het Internet, op cd. Mocht ik daarvan mijn eigen exemplaren kwijtraken dan bestaan er gelukkig nog vele kopieen op de wereld. Bovendien: als iets echt helemaal af is dan ben ik er zelf inmiddels op uitgekeken. Ik houd me liever met het volgende dan met het vorige bezig.

Vooral dat wat nog niet is uitgegeven loopt gevaar, bedacht ik me. De aantekeningen. De probeersels. Het werkmateriaal. De schetsen. De teksten die nog op papier liggen te wachten tot ik ze tot een boek durf samen te voegen. De vernietiging van wat in wording is zou mijn leven breken.

En ik moest denken aan het gevoel van gemis na een verbroken relatie. Dat ik niet zozeer miste wat er was – de relatie was immers niet voor niets verbroken. Dat ik ook niet miste wat er geweest was: dat was afgerond, was al een herinnering, was al niet meer werkelijkheid, was al verdwenen. Nee, ik bleef het langst treuren over het verdwijnen van dat wat misschien nog had kunnen komen: het Griekse eiland waar we naar toe zouden gaan; de keuken die we nooit gedeeld hebben; het gemak dat er misschien ooit zou komen; de samenwerking die nooit ontstaan is; het succes dat we niet meer met elkaar zouden kunnen meemaken - het verlies van het verlangen, van de ambitie, van de hoop, van de mogelijkheid.

HANNAH'S HOMEPAGE